testte uit
- Geluid: testte uit (hulp, bestand)
- test·te uit
vervoeging van |
---|
uittesten |
testte uit
- enkelvoud verleden tijd van uittesten
- Ik testte uit.
- Jij testte uit.
- Hij, zij, het testte uit.
- Ik testte uit.
- Het woord testte uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.