svoji
- IPA: /svɔjɪ/
svoji
- nominatief bezield mannelijk meervoud van svoj
- IPA: /svɔjɪ/
- svo·ji
svoji
- accusatief vrouwelijk enkelvoud van svůj
- nominatief bezield mannelijk meervoud van svůj
- vocatief bezield mannelijk meervoud van svůj
svoji
svoji