sunnerbaarer
- sun·ner·baa·rer
- Pennsylvania-Duitse bijvoeglijknaamwoordsvorm met het achtervoegsel -baar en met uitgang -er
sunnerbaarer
- nominatief en accusatief mannelijk enkelvoud stellende trap van sunnerbaar
sunnerbaarer
- datief vrouwelijk enkelvoud stellende trap van sunnerbaar
sunnerbaarer
- vergrotende trap van sunnerbaar