Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stond aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanstaan

stond aan

  1. enkelvoud verleden tijd van aanstaan
    • Ik stond aan. 
    • Jij stond aan. 
    • Hij, zij, het stond aan. 


Gangbaarheid