statistica
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: statistica (hulp, bestand)
Woordafbreking
- sta·tis·ti·ca
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van statistiek met het achtervoegsel -a
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | statistica | statistica's |
verkleinwoord | statisticaatje | statisticaatjes |
Zelfstandig naamwoord
de statistica v
- (beroep) (wiskunde) een vrouwelijke statisticus
- De statistica gaf in een college uitleg over statistiek.
Gangbaarheid
- Het woord 'statistica' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.