staffelen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  staffelen    (hulp, bestand)
• IPA: /ˈstɑfələ(n)/

Woordafbreking

• staf·fe·len

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
staffelen	staffelde	gestaffeld
zwak -d	volledig

Werkwoord

staffelen

1. overgankelijk (economie) rente berekenen met behulp van de staffelmethode

   • Wij geven commissies op de verkoop, maar die is gestaffeld. 

Gangbaarheid

• Het woord staffelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "staffelen" herkend door:

80 %	van de Nederlanders;
47 %	van de Vlamingen.