Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • spon aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanspinnen

spon (…) aan

  1. enkelvoud verleden tijd van aanspinnen
    • Ik spon aan. 
    • Jij spon aan. 
    • Hij, zij, het spon aan. 

Gangbaarheid