spolupracovat

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /spɔlʊpratsɔvat/

Woordafbreking

• spo·lu·pra·co·vat

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid het werkwoord pracovat met het voorvoegsel spolu-
• Afgeleid van het zelfstandige naamwoord spolupráce met het achtervoegsel -ovat

Werkwoord

spolupracovat imperfectief  

1. meewerken

Vervoeging

		enkelvoud	meervoud
eerste persoon		spolupracuji (spolupracuju)	spolupracujeme
tweede persoon	informeel	spolupracuješ	spolupracujete
	formeel	spolupracujete
derde persoon		spolupracuje	spolupracují (spolupracujou)

Schrijfwijzen

• Oude schrijfwijze: spolupracovati imperfectief

Afgeleide begrippen

• spolupracování o
• spolupracující

Verwante begrippen

spolupracovní spolupracovník mbezield spolupracovnice v spolupracovnicky (bw.)

spolupracovnický spolupracovnictví o spolupracovnictvo o

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)