spoelde weg
- Geluid: spoelde weg (hulp, bestand)
- spoel·de weg
vervoeging van |
---|
wegspoelen |
spoelde weg
- enkelvoud verleden tijd van wegspoelen
- Ik spoelde weg.
- Jij spoelde weg.
- Hij, zij, het spoelde weg.
- Ik spoelde weg.
- Het woord spoelde weg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.