solferden op
- sol·fer·den op
vervoeging van |
---|
opsolferen |
solferden (...) op
- meervoud verleden tijd van opsolferen
- Wij solferden op.
- Jullie solferden op.
- Zij solferden op.
- Wij solferden op.
- Het woord solferden op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.