soleren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- so·le·ren
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘als solist optreden’ voor het eerst aangetroffen in 1970 [1]
- als solist optreden [2]
Werkwoord
soleren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
soleren |
soleerde |
gesoleerd |
zwak -d | volledig |
- als solist optreden
- Hij hoorde Frieda spelen en zei: 'This child really cuts through.' Maar de leden van het orkest voelden er niets voor. Ze zagen niet in waarom dat jonge kind zou mogen soleren. Alleen omdat het concert aan haar was opgedragen? Ze weigerden een extra repetitie, en het concert ging niet door.[3]
- iets alleen doen
- Sophie de Boer is zondag derde geworden in de Superprestigecross van Gieten. De Enschedese uit de formatie Breepark.nl zag Maud Kaptheijns al snel wegrijden van de rest van het veld en naar de zege soleren.Daarachter werd de Britse Nikki Brammeier tweede, De Boer was 42 tellen na de winnares content met haar derde plek. [4]
Vertalingen
1. als een solist optreden
Gangbaarheid
- Het woord soleren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "soleren" herkend door:
76 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[5] |
Verwijzingen
- ↑ "soleren" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ soleren op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Boumans, ToniEen schitterend vergeten leven [2015] ISBN 978-94-6003815-0 pagina 62
- ↑ Tubantia Roy Schriemer 01-oktober-2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be