snob
- snob
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘parvenu’ voor het eerst aangetroffen in 1904 [1]
- Van het Engelse snob
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | snob | snobs |
verkleinwoord | snobje | snobjes |
de snob m
- een persoon die graag tot een hogere sociale klasse wil worden gerekend dan dat hij eigenlijk is
- Het woord snob staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "snob" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "snob" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be