sluitfluit
- Geluid: sluitfluit (hulp, bestand)
- sluit·fluit
- samenstelling van sluit en fluit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sluitfluit | sluitfluiten |
verkleinwoord | sluitfluitje | sluitfluitjes |
- (spoorwegen) het signaal dat in sommige treinen bij alle deuren klinkt voordat deze automatisch door de conducteur worden gesloten
- Terwijl de sluitfluit ging, sprong hij de trein in, nog net voordat de deuren sloten.
- Het woord 'sluitfluit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.