• si·bi·bu·si
  • uit het Surinaams - Nederlands
enkelvoud meervoud
naamwoord sibibusi sibibusi's
verkleinwoord

sibibusi

  1. (meteorologie) zware tropische regenbui die gepaard gaat met heftige windstoten
     Hij en andere jonge Surinamers hopen niet op een nieuwe wind, maar op een Sibibusi, een tropische bui die alles schoon wast.[1]
  1.   Weblink bron
    Aniete Coelingh
    “Nieuw parlement in Suriname begint, vroege scheur in coalitie gelijmd” (29-06-2020), NOS