Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • se·kreet
enkelvoud meervoud
naamwoord sekreet sekreten
verkleinwoord sekreetje sekreetjes

Zelfstandig naamwoord

het sekreeto

  1. toilet, wc
    • Ik moet naar het sekreet. 
  2. (scheldwoord) onaangenaam persoon, mispunt, ellendeling
    • Laat je toch niet in met dat sekreet! 

Gangbaarheid