schrollen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- schrol·len
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
schrollen |
schrolde |
geschrold |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
schrollen
- inergatief (verouderd) mopperen, knorrig doen
- Voorbeeldzin met het schrollen erin.
- (informatica) scrollen
Gangbaarheid
- Het woord 'schrollen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.