schooltoneel
- school·to·neel
- samenstelling van school en toneel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schooltoneel | schooltonelen |
verkleinwoord | schooltoneeltje | schooltoneeltjes |
het schooltoneel o
- het amateurtoneel dat op school beoefend wordt
- Het schooltoneel is georganiseerd door de leraar engels, die ieder jaar met zijn leerlingen een toneelstuk van Shakespeare instudeert.
- de plaats waar men kan toneelspelen op een school
- Deze middelbareschool heeft een groot schooltoneel in de aula.
- Het woord schooltoneel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.