schieten uit

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  schieten uit    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• schie·ten uit

Woordherkomst en -opbouw

• uit schieten (werkwoord) en uit, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

vervoeging van
uitschieten

schieten uit

1. meervoud tegenwoordige tijd van uitschieten

Gangbaarheid

• Het woord schieten uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.