rozladit
- IPA: /rɔzlaɟɪt/
- roz·la·dit
rozladit perfectief
- ontstemmen; in een slecht humeur brengen
- ontstemmen; van stemming geraken
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
eerste persoon | rozladím | rozladíme | |
tweede persoon | informeel | rozladíš | rozladíte |
formeel | rozladíte | ||
derde persoon | rozladí | rozladí |
- Oude schrijfwijze: rozladiti perfectief