• roos·ter in
vervoeging van
inroosteren

rooster in

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inroosteren
    • Ik rooster in. 
  2. gebiedende wijs van inroosteren
    • Rooster in! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inroosteren
    • Rooster je in?