roer om
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- roer om
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
omroeren |
roer (…) om
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omroeren
- Ik roer om.
- gebiedende wijs van omroeren
- Roer om!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omroeren
- Roer je om?
Gangbaarheid
- Het woord roer om staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.