• roep bin·nen
vervoeging van
binnenroepen

roep (...) binnen

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van binnenroepen
    • Ik roep binnen. 
  2. gebiedende wijs van binnenroepen
    • Roep binnen! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van binnenroepen
    • Roep je binnen?