rocaille
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ro·cail·le
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Frans [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rocaille | rocailles |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de rocaille v / m, het rocaille o
- rotstuin
- (meubel) schelpmotief typisch voor de rococo
- ▸ De auteur is de eerste om toe te geven dat er ook andere keuzes mogelijk waren geweest. Waarom de prachtige Grote of Catharijnekerk in Heusden niet opgenomen, of „het verfijnde kerkje van Middelbeers met zijn mooie verhoudingen”, of „de laatgotische hervormde kerk van Waspik met zijn rocaille meubels van Petrus Verhoeven?”[2]
- ▸ Het siert de samenstellers dat vaktermen als festoen, rocaille en ormolumontuur worden uitgelegd. Overigens had een verklarende woordenlijst waar lezers op terug kunnen grijpen niet misstaan.[3]
Gangbaarheid
- Het woord rocaille staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rocaille" herkend door:
38 % | van de Nederlanders; |
38 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ rocaille op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron A. de Heer“Honderd mooiste Brabantse kerken in beeld gebracht” (19-11-2012), Reformatorisch Dagblad
- ↑ Weblink bron Gert de Looze“Recensie: Harmoniums en architectuur” (08-02-2019), Reformatorisch Dagblad
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be