Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • riet·snij·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rietsnijder rietsnijders
verkleinwoord rietsnijdertje rietsnijdertjes

Zelfstandig naamwoord

de rietsnijderm

  1. (beroep) iemand die in rietlanden riet afsnijdt, bijvoorbeeld om gebruikt te worden als dakbedekking
  2. apparaat waarmee men riet kan snijden
Verwante begrippen

Meer informatie