retoriek
- re·to·riek
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | retoriek | retorieken |
verkleinwoord | retoriekje | retoriekjes |
de retoriek v
- de leer van de welsprekendheid
- Er zijn zeker mensen die zich met retoriek bezighouden.
- Natuur- en milieuliefhebbers hebben dit soort retoriek nooit helemaal achter zich gelaten. Recentelijk spraken bijvoorbeeld de Britse tv-persoonlijkheid David Attenborough en chimpansee-onderzoeker Jane Goodall zich nog uit tegen bevolkingsgroei. Ze waarschuwen tegenwoordig vooral voor de effecten ervan op klimaatverandering. [1]
- Het woord retoriek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "retoriek" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Volkskrant Hidde Boersma18 januari 2019 Bevolkingsgroei maakt een welvarend en groen Afrika mogelijk
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be