rekwireren
- Geluid: rekwireren (hulp, bestand)
- re·kwi·re·ren
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘vorderen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1518 [1] [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
rekwireren |
rekwireerde |
gerekwireerd |
zwak -d | volledig |
rekwireren [3]
- Het woord rekwireren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ "rekwireren" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ rekwireren op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).