regir

Spaans

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Woordafbreking

• re·gir

stamtijd
infinitief	verleden tijd	voltooid deelwoord
regir	regía	regido / recto
	volledig

Werkwoord

regir

1. onovergankelijk gelden
2. goed werken
3. overgankelijk regeren, besturen
4. leiden
5. regelen

Synoniemen

• [4] mandar
• [5] reglamentar

Verwijzingen

• regir in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española