rampokken
- ram·pok·ken
- uit het Maleis [1]
rampokken [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
rampokken |
rampokte |
gerampokt |
zwak -t | volledig |
- Het woord rampokken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rampokken" herkend door:
22 % | van de Nederlanders; |
16 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ rampokken op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be