radiostoring

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  radiostoring    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ra·dio·sto·ring

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  radio zn  en  storing zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	radiostoring	radiostoringen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de radiostoring v

1. een verstoring van het radioverkeer

   ▸ Het vliegtuig van Vueling dat eind augustus gekaapt leek te zijn, kon niet communiceren met Schiphol door een korte radiostoring. Dat is naar voren gekomen uit onderzoek van de Koninklijke Marechaussee en de Luchtvaartpolitie.

   ▸ Het hoofdkantoor van Vueling in Spanje laat weten bezig te zijn met een onderzoek naar de gebeurtenissen van gisteren. Volgens de luchtvaartmaatschappij was er een korte radiostoring en is dat niet ongebruikelijk. De kans dat er Arabische muziek werd gedraaid is "0,0 procent", aldus Vueling. Ook zou het zo zijn dat de piloot zijn talen goed spreekt, zodat er geen sprake kan zijn geweest van een taalbarrière.

Gangbaarheid

• Het woord radiostoring staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.