Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • qua·ran·tai·ne·plek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord quarantaineplek quarantaineplekken
verkleinwoord quarantaineplekje quarantaineplekjes

Zelfstandig naamwoord

de quarantaineplekv / m

  1. (medisch) een locatie waar iemand in quarantaine kan gaan
  2. (medisch) een bed in een ziekenhuis/verpleeghuis waar iemand in quarantaine verpleegd en behandeld kan worden
    • Het ziekenhuis had 40 quarantaineplekken.