professionaliseren
- pro·fes·si·o·na·li·se·ren
- afgeleid van het Franse professionnaliser
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
professionaliseren |
professionaliseerde |
geprofessionaliseerd |
zwak -d | volledig |
professionaliseren [1]
- overgankelijk professioneel of professioneler aanpakken
- Er is nog heel wat te professionaliseren.
- Het woord professionaliseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.