praktijkgerichter
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: praktijkgerichter (hulp, bestand)
- IPA: / prɑkˈtɛikxəˌrɪxtər / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- prak·tijk·ge·rich·ter
Woordherkomst en -opbouw
- praktijkgericht met het achtervoegsel -er
Bijvoeglijk naamwoord
praktijkgerichter
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van praktijkgericht
Gangbaarheid
- Het woord praktijkgerichter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.