Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • po·ten·ti·a·li·se·ring
enkelvoud meervoud
naamwoord potentialisering potentialiseringen
verkleinwoord potentialiserinkje potentialiserinkjes

Zelfstandig naamwoord

potentialisering

  1. (medisch) versterking van de werking van een geneesmiddel door een ander
Vertalingen

Gangbaarheid