postvervoer

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  postvervoer    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• post·ver·voer

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  post zn  en  vervoer zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	postvervoer
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het postvervoer o

1. het transport van poststukken

   ▸ Ik probeerde iets van me te laten horen, maar het postvervoer over Het Kanaal was gestemd.

   ▸ De Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft PostNL berispt wegens een gebrek aan transparantie. Volgens ACM deelt het postbedrijf zijn tarieven en voorwaarden voor postvervoer niet duidelijk genoeg met de nieuwe postvervoersbedrijven, waardoor die geen concurrerende offertes kunnen opstellen.

Gangbaarheid

• Het woord postvervoer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.