Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • por·to·bel·lo
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Engels
enkelvoud meervoud
naamwoord portobello portobello's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de portobellom

  1. (voeding) Agaricus bisporus   zeer grote kastanjechampignon waarvan men de hoed kan vullen
     Wat Eten We Vandaag: Vegan traybake met pesto, aardappel en portobello[1]
     Wat Eten We Vandaag: Portobello-burgers met gesmolten kaas: Een recept waarmee zelfs de standvastigste carnivoor door de knieën gaat: een portobelloburger gevuld met gesmolten cheddar. Inclusief burgersaus.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Wat Eten We Vandaag: Vegan traybake met pesto, aardappel en portobello” (09-01-2020), Tubantia
  2.   Weblink bron “Wat Eten We Vandaag: Portobello-burgers met gesmolten kaas” (29-02-2020), Tubantia