ploegbelang

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  ploegbelang    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ploeg·be·lang

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  ploeg zn  en  belang zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	ploegbelang	ploegbelangen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het ploegbelang o

1. iets dat belangrijk is voor het sportteam

   ▸ En hoe groot zijn persoonlijke teleurstelling ook is, Kelderman houdt oog voor het ploegbelang. "Ik denk dat we het op een goede manier hebben gedaan. Jai kan gewoon de Giro winnen en dat is voor de ploeg ook heel tof natuurlijk."

   ▸ Terpstra cijferde zich in de finales van Dwars door Vlaanderen, E3 Harelbeke en Gent-Wevelgem weg in het belang van de ploeg. "Tuurlijk wil ik zelf presteren, maar het ploegbelang staat bij ons altijd voorop." Mede daardoor loopt hij ereplaatsen mis.

Gangbaarheid

• Het woord ploegbelang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.