• pleur
enkelvoud meervoud
naamwoord pleur -
verkleinwoord - -

pleur

  1. (informeel) koffie
vervoeging van
pleuren

pleur

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pleuren
    • Ik pleur. 
  2. gebiedende wijs van pleuren
    • Pleur! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pleuren
    • Pleur je?