• plat·bran·den
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
platbranden
brandde plat
platgebrand
zwak -d volledig

platbranden

  1. overgankelijk iets door brand geheel verwoesten
    • De Vikingen brandden het dorp plat en verdwenen weer zo snel als ze gekomen waren. 
97 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be