piëta
- pi·ë·ta
- uit het Italiaans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | piëta | piëta's |
verkleinwoord |
- beeld of beeltenis van een dode Christus met een rouwende Maria
- Het woord piëta staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "piëta" herkend door:
56 % | van de Nederlanders; |
62 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron “'Piëta' van getatoeëerde mannen in Grote Kerk Breda” (26-06-2013,), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Needse kerk kijkt uit naar terugkeer beelden” (16-01-2016), Tubantia
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be