Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • perk·ten in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
inperken

perkten (…) in

  1. meervoud verleden tijd van inperken
    • Wij perkten in. 
    • Jullie perkten in. 
    • Zij perkten in. 

Gangbaarheid