past aan
- past aan
vervoeging van |
---|
aanpassen |
past aan
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanpassen
- Jij past aan.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanpassen
- Hij past aan.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanpassen
- Past aan!
- Het woord past aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.