Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • park·zij·den
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de parkzijdenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord parkzijde
    • De parkzijden, grenzende aan het stadhuis en het gebouw van Financiën zullen open blijven, om aldus de wijdse blik te handhaven. [1]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen