Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • om·wik·keld
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van omwikkelen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van: omwikkelen…
verbogen vorm: omwikkelde

omwikkeld

  1. voltooid deelwoord van omwikkelen


Gangbaarheid