omrollen
- om·rol·len
- samenstelling van om en rollen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
omrollen |
rolde om |
omgerold |
zwak -d | volledig |
- onovergankelijk zich rollend bewegen, omwentelen
- onovergankelijk rollend omvallen
- overgankelijk door rollen omgooien
- omwentelen
- Het woord omrollen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "omrollen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be