nougatbollen
- Geluid: nougatbollen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈnuɣɑdˌbɔlə(n) / (4 lettergrepen)
- nou·gat·bol·len
- nougatbol met uitgang -en
de nougatbollen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord nougatbol
- helemaal niets
- ▸ Paars heeft ons het homohuwelijk gegeven, én het adoptierecht. Maar als ik naar de wereld in zijn geheel kijk, is er niks, niente, nougatbollen gebeurd. Ook in dit land: nog altijd gooien zestienjarigen zich voor de trein omdat ze thuis niet durven te vertellen dat ze homo zijn.[1]
- Dit is Belgisch-Nederlands, maar ook in België geen standaardtaal.
- Het woord 'nougatbollen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- frequentie in teksten in het Nederlands uit België, op een 7-puntsschaal: [2]
- 1
- frequentie in teksten uit België, vergeleken met die in Nederland, op een 7-puntsschaal: [2]
- 2
- ↑ Humo in: Ludo Permentier & Rik SchutzTypisch Vlaams. 4000 woorden en uitdrukkingen (2015), Davidsfonds, Leuven, ISBN 9789059086517, nougatbollen
- ↑ 2,0 2,1 Ludo Permentier & Rik Schutz“Typisch Vlaams. 4000 woorden en uitdrukkingen” (2015), Davidsfonds, Leuven, ISBN 9789059086517, nougatbollen