Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nar·ra·to·lo·gie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord narratologie narratologieën
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de narratologiev

  1. de leer van de vertelkunst; een tekstbenadering in de literaire kritiek en in de antropologie, die het vertellen (of de vertelwijze) van verhalen als haar studieobject kiest
     De centrale vraag in de narratologie is, wie wat vertelt en hoe.[1]
     Als emeritus hoogleraar Theoretische literatuurwetenschap en Vrouwenstudies letteren is Mieke Bal verbonden aan de UvA. Met haar Franstalige proefschrift 'Narratologie' verwierf zij in de jaren zeventig academisch aanzien.[2]
     Zopas publiceerde Ruth Page een nieuw boek, Stories and Social Media. In 2006 publiceerde ze een literair en linguïstisch onderzoek naar de feministische narratologie.[3]
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Narratologie” (geraadpleegd 3 augustus 2021), Wikipedia
  2.   Weblink bron “Literatuurwetenschapper Mieke Bal geridderd” (17-03-2017), Tubantia
  3.   Weblink bron “Vrouwen zijn expressiever op sociale media” (1 december 2011), Reformatorisch Dagblad