Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • na·men voor
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
voornemen

namen (…) voor

  1. meervoud verleden tijd van voornemen
    • Wij namen voor. 
    • Jullie namen voor. 
    • Zij namen voor. 

Gangbaarheid