miniaturiseren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mi·ni·a·tu·ri·se·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
miniaturiseren |
miniaturiseerde |
geminiaturiseerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
miniaturiseren
- overgankelijk in het klein nabouwen
- Elektronische componenten zijn steeds verder geminiaturiseerd.
Gangbaarheid
- Het woord miniaturiseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.