mini-ijskast
- Geluid: mini-ijskast (hulp, bestand)
- IPA: / ˈminiˌʔɛiskɑst / (4 lettergrepen)
- mi·ni-ijs·kast
- afgeleid van ijskast zn met het voorvoegsel mini-, geschreven met een koppelteken volgens spellingregel 7.B
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mini-ijskast | mini-ijskasten |
verkleinwoord | - | - |
- klein koelkastje, vaak gebruikt om drank koel te bewaren op plaatsen waar een gewone koelkast niet nodig is en teveel ruimte zou innemen
- ▸ Aan de eind van de middag nog wat nagepraat op kantoor terwijl het deurtje van onze mini-ijskast open en dicht ging.[1]
- Het woord mini-ijskast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron J. L. Hofdijk“Hollands dagboek” (13 augustus 1988) op nrc.nl