mimograaf
- mi·mo·graaf
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mimograaf | mimografen |
verkleinwoord |
de mimograaf m
- iemand die een mimespel produceert
- ▸ 'Het maakt niet uit of dat gat staat voor verdiet. Of voor dood.' Buiten de tent, die is geplant in het stuivende zand van het kale IJburg, vertelt mimograaf Jeannette van Steen over haar nieuwe productie Oak, die morgen in première gaat.[1]
- Het woord mimograaf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "mimograaf" herkend door:
51 % | van de Nederlanders; |
49 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Weblink bron Mirjam van der Linden“'Mijn theater tovert geen andere wereld voor'” (12 juni 2003), de Volkskrant
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be